Eens zat ik voor het goede doel in een enorme boomhut. Met twee anderen hield ik alles in de gaten. Vooral de onverharde weg aan de junglerand had onze speciale aandacht. Urenlang reden volgepakte tuk-tuks, minibusjes en scooters af en aan. Het kleurrijke plaatje zag er heel vredig uit, maar schijn bedriegt. Deze samensmelting van de natuurlijke en menselijke jungle is een conflictgebied. Hier vind de slepende territoriumstrijd tussen mens en moeder natuur plaats. Oh god, zo’n gebed zonder end dus. Mensen en dieren hebben nogal wat nodig. Vaak elkaars ruimte. Dat is gegarandeerd stront aan de knikker. Dat zaakje stinkt nog erger als een neergeschoten, half-ontbonden olifant. Een misselijkmakend tafereel wat niet bepaald voor herhaling vatbaar is. Terwijl ik daar zat, hoopte ik dat ik niet nog dichter op het vuur zou komen. Daar leek het zowaar op uit te draaien. Rondzwervende olifanten en het spaarzame verkeer zaten niet tegelijkertijd op elkaars pad. De lieve vrede leek te zegevieren. Halleluja. Harmonie tussen mens en natuur kan dus wél. Eindelijk gebruikt de overheersende diersoort diens invloed op constructieve wijze. Eindelijk lijkt de weg van compassie en heling te zijn ingeslagen. Eindelijk… eindelijk.
Ja. Niet dus. Vanuit het niets kwamen twee schietgrage kerels langs. Ze zagen hun doelwit en twijfelden geen moment. De gewapende passagier stapte van de scooter af en liep meteen op Grootoor af. Oh-oh. Kijk over je grote schouders heen Dombo. Ren, snel! Ik zette me schrap voor wat getetter en een hoofdschot. Maar nog voordat een schot was gelost, schoot mijn Sri-Lankaanse broeder te hulp. Adesh riep iets naar de stropers. Een hoop gegil in het Singalees barstte los. Ze maakten wilde gebaren en zwaaiden hun jachtgeweer alle kanten op – inclusief de onze. Met een op hol geslagen hartslag keek ik roerloos de koplampen in. Gelukkig had mijn ijzingwekkend rustige buurman een kalmerende werking op me. Petje af hoor. Na wat geroeptoeter stond Adesh opeens op.
‘’Wat gebeurt er? Waar ga je heen?’’
‘’Ze eisen dat ik naar beneden kom om verder te praten’’
‘’Oké… Kijk asjeblieft uit.’’
‘’Blijf hier. Het komt goed, ik ben zo terug’’
Met ingehouden adem bekeek ik de woordenwisseling. Naar mijn idee kon dit geintje nog steeds uit de hand lopen. Onder gekmakende spanning vroeg ik mezelf af waar ik in godsnaam ben beland. En wat ik hier nou eigenlijk te zoeken hebt. Na wat gebabbel waren de gemoederen bedaard. Zodra er verkeer op komst was maakten ze zich uit de voeten. En weg waren ze. Enigszins verbaasd liep ik op Adesh af en bestookte hem met vragen. De dronken jongemannen bleken via-via bekenden te zijn. Onlangs hadden ze een geliefde verloren door een olifantenaanval. Nu handelden ze niet vanuit zelfverdediging, overleving of een andere bittere noodzaak. Ze waren simpelweg uit op wraak. Het was de slepende angst en vermoeidheid die een uitlaatklep zocht. Pijnlijke herinneringen van een organische bulldozer die om middernacht het huis sloopt blijven hangen. Niets dat zo op het netvlies gebrand staat als een vertrapt familielid. Des te pijnlijker zijn alle mislukte pogingen om het drama te voorkomen.
Vuurwerk. Hekwerk. Gloeiend hete pepers. Alarmen. Zoeklichten. Allerlei goedkope, low-Tech maatregelen bleken zinloos te zijn. Zo frustrerend. Nee, daar wordt je niet vrolijk van. Een kat in het nauw maakt rare sprongen. Das logisch. Niet zo moeilijk doen hoor. Mikken en knallen maar.
Bij terugkomst in het dorp vertelden we aan de rest wat er was gebeurd. De andere Westerse vrijwilligers hadden iets gemist. Actie, sensatie, avontuur. Iets speciaals of wat dan ook. Ik schaamde me voor hun jaloezie. Zo’n gebeurtenis is voor buitenstaanders die eventjes interessant komen doen en alles op social media plempen de hoofdprijs. Maar er is niets tofs aan als zoiets heftigs een dagelijkse sleur wordt. Dan wil je linksom of rechtsom een blijvende oplossing. Bij voorkeur een waarin menselijk gedrag en de natuurlijke omgeving elkaar in evenwicht houden. Lastig hoor. Makkelijker gezegd dan gedaan. Toch waagden mijn landgenoten een dappere poging. Ze hadden hun doordachte antwoorden klaar. Het is heel simpel. Wees niet wreed. Wees niet slecht. Laat alles achter: je levensonderhoud, cultuur, verdienmodel, voedselvoorziening. Jouw thuis, geboortegrond, lief en leed. Er is geen plek voor sentimenteel gedoe. Ga ergens anders gewoon wat anders doen. Bek houden en opsodemieteren. Gaan. Gauw.
Het snelle oordeel kwam niet vanuit een stel koekebakkers. Ze zijn opgevoed, hoogopgeleid en ambitieus. Nette burgers met stemrecht, kaarsrechte tanden en merkkleding doen ertoe. Het zijn de beste stuurlui die aan wal staan. In dit geval een kunstmatige wal van een gecultiveerde, volgebouwde en overbevolkte deltapolder. Vanaf een veilige afstand is het makkelijk praten over iets waar je zelf niet vuistdiep in zit. Nederlanders hebben de luxe dat diens voorouders al het gevaarlijke, onproductieve en ongewenste allang hebben verdrongen of uitgeroeid. Probleem opgelost. Nu betweterige vinger wijzen en de moraalridder uithangen. Roofdieren, grote dieren, zeldzame dieren: ze zijn allemaal fantastisch zolang het een ver-van-je-bed-show blijft. En het bed van je geliefden. Uitstervende diersoorten? Spijtig, kan gebeuren. Bekijk een natuurdocumentaire of ga naar de dierentuin als je daar zin in hebt. Of de tijd en het geld ervoor hebt. Het leven kan keihard zijn. In dat Sri-Lankaanse dorpje is het een genadeloze optelsom: overstromingen, aanhoudende droogte, voedseltekorten, armoede, vervuiling, stroomuitval, olifantenaanvallen, agressieve zwerfhonden met hondsdolheid, onbruikbare infrastructuur in het regenseizoen, krokodillen bij de watervoorziening en de naweeën van een burgeroorlog. Daar verbleken de first-world issues van sloom internet en kleine datalimieten bij. Niet zo vreemd dat goedbedoelde rapporten van buitenstaanders vanzelf in het zwarte cloud belanden. Prima eindstation voor simplistische en belerende kreten waar je niets mee kan.
Naar Verweggistan gaan en er niets wijzer van worden kan gebeuren, gelukkig hebben we de foto’s nog.
> Klik hier voor het totaaloverzicht als dit verhaal naar meer smaakt <